Wie is de uitvinder van film ? Dat is niet één persoon . Dat zijn er een paar . Ze deden allemaal een ontdekking . En dankzij díe ontdekkingen werd film uitgevonden .
vliegende vogel op de muur Je hebt vast wel eens van je vingers een vliegende vogel gemaakt . Houd je vingers voor het licht van een lamp en de vliegende vogel is in schaduw op de muur te zien . Dit is een héél simpele vorm van ‘film’ . De lamp is de projector . Je handen zijn ‘het filmpje’ . En de muur is het filmdoek .
een lamp met glasplaatjes ? De toverlantaarn komt al meer in de buurt . Dat is een lamp waarin je glasplaatjes schuift . Op het glasplaatje staat een tekening . Door de lamp is de tekening op de muur te zien . En een lens in de lamp vergroot hem . Eigenlijk precies zoals een dia-projector werkt . Het nadeel is alleen : de plaatjes staan stil .
ronddraaiende plaatjes ? De eerste plaatjes-beweeg-machine is het levenrad (bedacht in het jaar 1832) . Het is een ronde schijf met langwerpige gaten langs de kant . Tussen die gaten staan plaatjes , bijvoorbeeld van een dravend paard . Elk plaatje is net één beweging anders . De schijf wordt voor een spiegel rondgedraaid . En als je door de gaatjes kijkt… beweegt het paard ! Het draaft echt ! ? Natuurlijk is het nep . Het zijn en blijven losse , stilstaande plaatjes . Maar dat ziet je oog niet meer omdat het veel te snel gaat .
plaatjes in een trommel ? Zo’n plaatjes-beweeg-machine kun je ook van een koektrommel maken . Dat bedenkt William Horner in 1840 . De deksel gaat eraf . In de zijkant maakt hij langwerpige gaten . En aan de binnenkant , tussen de gaten , plakt hij plaatjes . Bijvoorbeeld van een dravend paard . Hij draait de trommel , kijkt door de gaatjes en : het paard beweegt ! Het draaft echt ! Een wondertrommel .
een deftige wondertrommel ? De praxinoscoop is een deftige wondertrommel . In deze trommel zitten geen gaten in de zijkant maar wél plaatjes aan de binnenkant . In het midden van de trommel staan spiegeltjes . Draai de trommel . Nu zie je het paard in de spiegeltjes draven .
stroken in een kastje ? Thomas Edison is uitvinder van beroep . Hij heeft de platenspeler al bedacht en de gloeilamp . En hij verdiept zich ook in ‘plaatjes die bewegen’ . Edison maakt lange stroken papier met plaatjes er op , bijvoorbeeld van een dravend paard . Hij hangt de stroken in een houten kastje en draait ze met een zwengel langs een kijkgat . Er kan maar één persoon door het gat kijken . En wat is er te zien ? Een bewegend paard ! Elk papier-filmpje duurt niet langer dan één minuut . Dit is de kinetograaf .
plaatjes schieten Maar er zijn meer uitvinders . In Frankrijk woont ook een slimme : meneer Marey . Hij wil zo graag weten hoe een vogel vliegt . En hij denkt : had ik maar foto’s van elke beweging die een vliegende vogel maakt . Dan plak ik ze in een wondertrommel en kan ik het vliegen bestuderen . Maar er is nog geen camera die zo snel foto’s kan maken . Dus wat doet meneer Mary ? Hij maakt er zelf één . Verder wilde iemand de gallop van een paard op foto’s vastleggen . Elke beweging ! Het lukt hem voor een groot deel . Met dertig camera’s op een rij die allemaal om de beurt een foto klikken .
de film staat niet stil maar loopt ! Thomas Edison denkt : dat moet ook met één camera lukken . Dus hij maakt er één . Het lijkt op een fototoestel maar het verschil is : in een fototoestel staat het filmpje stil en in een filmcamera loopt de film langs de lens . Er worden snel veel foto’s gemaakt : 24 per seconde ! En op elke foto staat de volgende beweging . ? Stop al die gemaakte foto’s in een beweeg-machine . En kijk : daar draaft het paard , het beweegt echt . Zo is film dus uitgevonden . Met beweeg-machines en foto’s . Want dat is film eigenlijk : honderdduizenden foto’s achter elkaar .
om de beurt kijken ? Wat staat er eigenlijk op het allereerste filmpje ? Daar is niet iedereen het over eens . In het ene boek staat : een man die zijn hoed afneemt en daarna een buiging maakt . In het andere boek staat : een man die niest . In ieder geval : het eerste filmpje werd gemaakt door Thomas Edison en William Dickson . Iedereen kon het zien in de kinetograaf . Om de beurt . En éérst betalen !
met z’n allen in een kelder ? Twee Franse broers , August en Louis , hebben een beter idee . Ze denken : in je eentje naar een filmpje kijken ? Dat is toch ongezellig . Met z’n allen is veel leuker . Zij maken het eerste apparaat dat een film kan vertonen : de film-projector . Wat grappig is : de achternaam van de broers is Lumière . Dat betekent ‘licht’ . En zonder licht kan een film niet vertoond worden ! ?
fluisterfilm ? Je moet wel bedenken : alle filmpjes zijn nog in zwart-wit . En zonder geluid . Als de acteurs spreken , zie je hun mond wel bewegen , maar je hoort niets . ? Soms komt er dan een tekst in beeld . Dat zijn de tussentitels . Mensen die niet kunnen lezen , nemen iemand mee naar de film . Er wordt bij een stomme film dus veel gefluisterd in de zaal . Soms staat er ook iemand vóór het filmdoek . Om uit te leggen wat er in de film gebeurt . Een explicateur heet zo iemand . En altijd is er een pianist in de zaal . Of zelfs een orkestje . Maar een goede film-regisseur heeft maar weinig tussentitels nodig . Die kan alles vertellen in plaatjes .
een superster met een piepstem ? Pas in 1927 wordt de eerste film met geluid gemaakt . Het geluid staat op een plaat . En de platenspeler zit in de projector . De persoon die de projector bedient , moet héél goed opletten . Want de film moet gelijk met het geluid lopen . Dat gaat nog weleens mis . Dan is er in de film een man aan het woord . En dan hoor je de stem van een vrouw ! Later wordt het geluid op de filmstrook gezet .
kleurenfilm Ongeveer in 1930 wordt de kleurenfilm uitgevonden . Sneeuwwitje , de tekenfilm uit 1939 , was één van de eerste kleurenfilms . ? Soms maakt een regisseur nog weleens een zwart-witfilm . Omdat het goedkoper is . Of omdat hij het gewoon mooi vindt . ?