Melk-koeien geven veel meer melk dan hun kalfje na de geboorte drinkt . Soms wel tien keer zoveel . Daarvoor zijn ze gefokt . Een gemiddelde melkkoe geeft per dag 30 liter melk . Voor zoveel melk moet een koe 150 liter water per dag drinken . Dat is ongeveer een badkuip vol . De melk komt uit de uier . De meeste boeren melken met een melk-machine . De melk stroomt door een slang in een grote tank en wordt gekoeld . Een vrachtwagen van de melk-fabriek haalt de melk op . In de melk-fabriek wordt er van alles van gemaakt : volle en halfvolle melk , vla , boter , kaas , yoghurt en ijs . Die producten kun je in de supermarkt kopen .
Koeien staan het liefst in de wei . Ze kunnen goed tegen kou en regen . Maar de meeste boeren hebben daarvoor niet genoeg grasland . Een koe heeft veel gras nodig , meer dan een voetbalveld vol . In de herfst is de wei erg nat . In de winter is het gras erg taai . Dan zet de boer ze op stal . Maar in de lente mogen ze weer naar buiten . Een etende koe maakt veel lawaai . Ze scheurt hele pollen gras af en slikt ze meteen door . Daarna gaat ze rustig liggen om te herkauwen . Het gras komt dan vanuit de maag terug in de bek en kan opnieuw worden gekauwd . In de vier magen van de koe wordt het voedsel steeds fijner gemaakt . Eerst komt het voer in de pens , dan in de netmaag , dan in de boekmaag en als laatste in de lebmaag .
In een loopstal kunnen koeien vrij rond lopen . In de grupstal staan de koeien vastgebonden naast elkaar . Tussen en voor de koeien staan rekken . En achter de koeien is een grup . Dat is een goot waar de mest in valt . Voor zich hebben de koeien hun voer en een bak water . In een potstal lopen de koeien rond op stro . De boer doet elke keer een schone laag stro over de mest . Zo komen de koeien steeds hoger te staan . Zo wordt de mest extra goed voor het land . Op een biologische boerderij leven koeien meer zoals in de vrije natuur . Ze zijn veel buiten en hebben een ruime stal .